Voetbaltalent is gauw te herkennen. Balbeheersing, positiespel, goed schot? Dan kun je profvoetballer worden. Maar proftrainer worden, dat is pas echt moeilijk.
Een zwart gat is niet alleen een eng verschijnsel in de ruimte dat alles opslokt wat in de buurt komt. Het is ook een fenomeen waar topsporters last van kunnen krijgen als ze hun profcarrière beëindigen. Want wat ga je doen als je vanaf je vroege jeugd 30 jaar lang een sport hebt beoefend, er zo goed in was dat je ervoor betaald werd, maar je nu te oud bent om met de nieuwe generatie mee te komen?
Programma Eredivisie 2017 – 2018
Topvoetballer = Toptrainer?
Dan doe je wat ieder mens zou doen: zo lang mogelijk blijven rondhangen in de wereld die je kent. Je voetbalcarrière met – hopelijk – nog eens 30 jaar verlengen? Haal dat trainersdiploma! Natuurlijk doet lang niet iedereen dat. Er zijn immers veel meer oud-voetballers dan trainers. Maar ook daar heb je, naast je talent, een factor geluk nodig om het te redden.
De factor geluk terugdringen kun je al op één belangrijke manier hebben gedaan. Ben je bijvoorbeeld veelvoudig oud-international, dan moet je volgens de wetten der voetbal een goede trainer zijn. Simpele voorbeelden: Frank de Boer bij Ajax, Phillip Cocu bij PSV, Giovanni van Bronckhorst bij Feyenoord. Maar ook vroeger al: Ronald Koeman bij Vitesse, Marco van Basten en Frank Rijkaard zelfs bij Oranje.
Ruud Gullit geen geslaagde trainer
Maar soms kom je ook weer bedrogen uit. Zo’n oud-topvoetballer groeit soms vanzelf in zijn rol als trainer en krijgt een fantastische trainerscarrière, zoals Ronald Koeman – blijkbaar ook een geboren trainer. Een ander kan niet verhullen dat hij de trainerstaken niet zo goed in de lucht kan houden als het balletje vroeger. Zoals bijvoorbeeld Koemans generatiegenoot en EK ‘88-held Ruud Gullit. Niet echt geslaagd als trainer, lijkt me.
Daarom wacht ik het bij generatiegenoten De Boer, Cocu en Van Bronckhorst nog even af of ik ze uiteindelijk toptrainer ga noemen. De sprong naar het buitenland van De Boer heeft hem in elk geval nog geen goed gedaan. Ook Cocu en Van Bronckhorst moeten zich nog bewijzen voor mij. Want bij een van de Klassieke Drie beginnen en de Eredivisie winnen, is voor mij nog geen stempel van ‘toptrainer’ waard.
Respect voor de Erik ten Hags van deze wereld
Erik ten Hag is zo iemand die net zo hard heeft moeten werken voor zijn trainerscarrière als voor zijn voetballerscarrière. Hij wordt nu gelauwerd als sterke tacticus bij FC Utrecht, maar het duurde wel negen (!) jaar voordat hij die kans kreeg.
Eerst drie jaar assistent bij FC Twente, toen hetzelfde bij PSV en na een jaartje Go Ahead Eagles nog eens twee jaar de beloftes van Bayern München trainen, voordat hij in 2015 in de Domstad kwam. Daarom maakte ik een kleine vreugdesprong toen Erik ten Hag in 2016 de Rinus Michels Award kreeg voor beste trainer van de Eredivisie.
Doe je Eredivisie voorspelling en win bij Mr Green!
Steijn en Stijn: toptrainers in de dop?
Ik ben zo iemand die de underdog toejuicht. Daarom hoop ik dat de trainers die zo hard voor hun carrière moeten werken, ook eens een meevaller krijgen. Van mij mag bijvoorbeeld Maurice Steijn bij VVV-Venlo een nieuwe Keisuke Honda of Ahmed Musa krijgen.
De beste trainer van de Jupiler League vorig jaar lijkt mij nou zo’n type Louis van Gaal: geen denderende voetbalcarrière gehad (zes seizoenen ADO Den Haag, half seizoen NAC Breda), maar het inzicht van een Caesar of Napoleon. Je moet alleen het juiste leger voor je neus krijgen.
Of die andere Stijn, Stijn Vreven. De voormalige beul/indianenfanaticus van FC Utrecht, Vitesse en ADO. Als die na zes jaar kleine Belgische clubs trainen ineens een tactisch grootmeester blijkt met de mindere goden van NAC? Dan koop ik meteen een zwart-gele onderbroek uit Breda.
Een Eredivisie voorspelling doen? Lees: sportweddenschappen Eredivisie.